Moet ik mezelf kwetsbaar opstellen in de klas?

Vroeger bij ons thuis werd – als ik ruzie had met een ander kind – wel eens gezegd: “Laat je niet kennen.” Dat betekende zoiets als ‘kom op voor jezelf’. De gedachte was dat je iets van je zwakte kunt verhullen. Een leraar is een professional, die zijn persoon – met zijn gedachten en gevoelens – niet aan de kapstok kan hangen als hij de klas inloopt. Je neemt jezelf mee. Kinderen zien jou. Je houding, je kleren, je gemoedstoestand, je bewegingen, je gezichtsuitdrukkingen. Ze luisteren naar wat je zegt, maar signaleren ook de toon van je spreken. Kinderen horen niet alleen wat je zegt, maar voelen ook of het klopt. Of je bent wat je zegt. De professional is pedagogisch, didactisch en vakinhoudelijk ‘getraind’. Maar de persoon – en dat is dezelfde mens – kent ook onzekerheden. Kinderen kunnen incongruenties als onveilig ervaren. Het is dus belangrijk ‘dat je jezelf wél laat kennen!’ Zó leren kinderen door anderen, zichzelf te kennen.